Recensies
PETER DE ZWAAN
FEESTELIJKE VELDSLAGEN IN SAN ANTONIO
Deel 46 van de Bob Evers-serie.
Bob Evers heeft het warm
Door Kolonel Koops
Feestelijke veldslagen in San Antonio. We blijven in de Verenigde Staten. Op het vorige avontuur, het Amerikaanse drieluik over de vakantiebussen, wordt nauwelijks teruggeblikt. De indiaan Cree, die in het laatste deel een kort rolletje had, kijkt in dit deel over de schouders de drie jongens mee. Op blz. 51 staat een terugverwijzing naar oude avonturen in Panama, Trinidad, etc.: dat is een leuk soort continuïteit.
Geografische aanduidingen zijn altijd belangrijk geweest in de Bob Evers/serie, kijk maar naar de titels. Voor jonge kinderen, de "echte" doelgroep, is dat fascinerend, zelfs als ze de atlas er niet bij pakken. Peter de Zwaan heeft het wel eens te bont gemaakt naar mijn smaak, bijvoorbeeld in Berlijn, door zoveel te noemen dat de lezer er zonder stafkaart niet uitkomt. In dit deel lijkt het beter gedoseerd. (Gek genoeg merkt Peter de Zwaan op in het Volkskrant-interview, afgedrukt in de vorige Nieuwsbrief, als het gaat over zijn andere boeken: "Ik noem de naam van de stad niet. Wat heb je daar nu aan?")
Goed. San Antonio. We rijden naar het zuiden, naar hartje Texas, en naar New Orleans, diep in Louisiana. Het wordt steeds warmer en vochtiger: daar hebben de jongens flink last van en dat leidt tot mooie realistische beschrijvingen van een verschijnsel dat voor Nederlandse reizigers vaak niet te harden is. Het verhaal besteedt aandacht aan de invloed van airconditioning, maar het boek bevat ook opmerkingen over de shopping mall, wat een county is, rijst van Uncle Ben en over motels die volkomen geïsoleerd langs de weg opduiken. De jongens huren een paar keer een Dodge, van ongeveer hetzelfde type. De schrijver zal de route wel hebben nagerekend op de Mileages & Driving-Times Map van Rand McNally.
Het avontuur dient zich, als zo vaak, toevallig aan. De jongens rijden wat rond niet ver van Las Vegas, waar deel 45 hen bracht. Ze krijgen te makeen met the law, in de persoon van deputy Keno. Dan, in San Antonio, is hun tegenstander bepaald niet the law, maar eerder de onderwereld, met een flink Mexicaans tintje.
De meeste actie speelt zich af in San Antonio. Het toeristische centrum rond het riviertje Paseo del Rio krijgt een beeldende beschrijving. Jan doet ingewikkeld-slim in een mall en Bob en even later Arie laten zich vrij sullig gevangen nemen. Ze krijgen daarbij voortdurend eten en drinken. Op een gegeven moment zijn ze alle drie hun portefeuille/portemonnaie kwijt.
Het verhaal heeft een hoog tempo en heeft geen overbodige "lussen". De jongens zijn verbaal goed op dreef, zowel jegens elkaar als jegens boeven en andere derden.
Kritiek? Tot twee keer aan toe benadrukt het verbaal op een rare manier dat de jongens 'jongens" zijn. Ze huren auto's, nemen hun intrek in dure hotels, kunnen gemakkelijk een deputy sheriff te woord staan, maar op blz. 121 wordt Bob door toeristen aangezien voor (weer) een gauwdiefje van handtassen en op blz. 141 wordt Bob in een vechtpartij ontzet door omdat een "grote vent" tegen een "jongen" niet eerlijk is. Hoe oud is Bob? Toch minstens achttien?
Een mooi moment met klassieke Bob Evers-spitsvondigheid is de afspraak elkaar te ontmoeten "op de eerstvolgende parkeerplaats die verder dan tien kilometer ten oosten van Turtle Bayou ligt": dat soort creativiteit imponeerde mij als jonge Bob Evers-lezer zeer.
Uitgeverij De Eekhoorn valt nu onder een andere uitgeversgroep. De fondslijst voor het najaar 1999 is prachtig uitgegeven. Alle deeltjes worden afgebeeld met hun huidige omslag en met opgave een de voorradige druk (het gaat dan om de pocketuitgave neem ik aan). De beroemde beginverhalen beleven hun 30e druk. Zoals Peter de Zwaan beloofd heeft in het genoemde interview: "We gaan de vijftig zeker halen". De fondslijst noemt voor de andere series de aanbevolen leeftijdscategorie, maar voor Bob Evers niet: hoe zou dat nu komen?
Een werk waar wat over te schrijven valt
Door Simon Kuipers
De afgelopen week dus felle veldslagen geleverd met de Delftse boekhandel. Zwaar teleurgesteld in mijn eigen zaak, nou ja, die waar ik altijd kom, omdat ze me in het begin van de week wisten te vertellen dat FViSA helemaal niet zou uitkomen op 23/9. En dat na infomatie bij de uitgever.
Dat vroeg natuurlijk om eigen speurwerk. En ja hoor, de 23e stond nog als een paal boven water. Maar het leek bijna een onmogelijkheid om een exemplaar tijdig, dat wil zeggen uiterlijk vrijdagavond, te pakken te krijgen. Heette De Zwaan maar Voskuil of Mulisch, dan was dat geen probleem. Waarom vrijdagavond? Omdat ik een cadeautje heb voor een goede vriend, die in het buitenland niet zo gemakkelijk aan een exemplaar kan komen.
Desondanks lukte het me toch vanavond om op het laatste nippertje om 17.59 het boek te bemachtigen. Vraag nu niet hoe en waar.... sommige zaken vertel je niet, net zoals bij het huren van vliegtuigen.
Kortom, PdZ heeft weer een werk afgeleverd, waar zeker nog wel wat over te schrijven valt. Dat zal de komende weken hier dan ook wel gebeuren. Om voor de nieuwsgierigen een tipje van de sluier op te lichten: het lijkt meer op een thriller dan op een avonturenverhaal zoals we gewend zijn. PdZ is natuurlijk ook niet voor niets specialist op dat gebied. Niet dat er mensen vermoord worden of zo, maar je zit je het hele boek af te vragen waar het nu eigenlijk naar toe gaat. Met net zoals bij een echt misdaadverhaal een ontknoping op de laatste bladzijden. Ontknoping? Ja inderdaad, want dit is voor de verandering geen trilogie, maar weer eens een eenling. De tweede dus pas van PdZ na Bouwbonje, dus veel vergelijking op dat gebied hebben we nog niet. Toch vind ik dat hij op deze manier beter uit de verf komt dan in een trilogie.
Zelf vond ik de beschrijving van de massale vechtpartij in SA een van de meest ongeloofwaardige scenes in het boek. Je kunt je nauwelijks voorstellen dat zoiets werkelijk gebeurt. PdZ heeft duidelijk met een schuin oog gekeken naar de grote scene in Krakeel, maar op het punt van taalgebruik kan hij WvdH hier niet evenaren. Ook Jan die zijn portemonnee vrijwillig een nacht in een warenhuis achterlaat, doet raar aan. Waar zijn de tijden van Formosa?
Desondanks heb ik toch wel een paar prettige leesuren doorgebracht. Alleen die USA mag van mij wel weer eens worden verruild voor een ander land.
Prettige middag
Door René Verhulst
Dat Specs (Simon) in het bezit is gekomen van FVSA bewijst dat dit voor een beetje vindingrijke jongen geen probleem mag zijn.
Het begin met de shirts is wat langdradig en deputy Keno is een echt karikatuur. Dat vervolgens Cree opduikt, die in het laatste deel van de busavonturen een rol heeft, is leuk. Ik moest even aan Kelly uit Krakeel denken, die ook Lotgevallen inleid. Cree is met wat raadsels omgeven. Ik vind het leuk bedacht van Peter dat Arie opmerkt dat Cree hen gevolgd heeft omdat hij weet welke kamer ze in het motel hebben. Arie concludeert dat uit het feit dat hij meteen voor hun kamer parkeert. Waar die Amerikaanse motels al niet goed voor zijn. Cree suggereert ook het in opdracht te volgen, maar hij verlaat het verhaal. Ik had verwacht dat hij nog zou opduiken.
Vervolgens maken we weer kennis met het Amerikaanse wegenstelsel met wat wetenswaardigheden. Net als in de vorige delen een hoog reisgehalte van de auteur. Met wat meer sfeertekening langzamerhand. "De jongens hebben de kaar uitgespreid op een platte steen onder de flonkerende sterren van de Amerikaanse hemel". Dit even uit het hoofd, maar zo ongeveer. Deed me wat denken aan de koffie en de takjes waar mee geroerd werd in Lotgevallen (of was het Pyjama?)
SA wordt uitgebreid beschreven, winkels, restaurants en historie. Niet allemaal relevant. De veldslag is leuk en we komen te weten waar alles om draait. Maar dat wisten we eigenlijk wel. Jan met de zakkenrollerstruc is absoluut een vondst. Het tapen van een tegenstander ook. Complimenten.
De vijandelijkheden in een verlaten restaurant en de boottocht door een moerasgebied vol slangen en alligators aangekondigd in de flaptekst beloven veel maar vallen tegen. Lupe en Baudrieux blijven vlakke karakters. Waar zijn de Breitsteins, Jeffries en Kresses gebleven. Schurk en boeven, handigerds met wie Willem ons liet kennismaken en die we nog steeds koesteren.
Met FVSA heb je een prettige middag, dat is zeker.
Veel leesplezier.